De interactieve lezing werd verzorgt door Steven Lenos, werkzaam bij Nuansa, het landelijke kennis- en adviescentrum Polarisatie en Radicalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken. De zaal zat vol met docenten (8), jongerenwerkers (9), beleidsambtenaren (5) en wijkagenten / rechercheurs (7) uit de hele regio Kennemerland. Ook waren er beleidsmedewerkers van het ministerie van Binnenlandse Zaken en andere Noordhollandse antidiscriminatiebureaus aanwezig bij de lezing.
Waarom radicaliseert iemand en haar broer niet? Wat gebeurt er tijdens een radicalisering-proces? Welke fases zijn er en wanneer moeten er alarmbellen gaan rinkelen? En bij wie: politie? Bij de jongerenwerkers of docenten? Wanneer reageer je wel en wanneer niet?
Lenos toonde ook een aantal fragmenten van YouTube ter ondersteuning van zijn verhaal. Aan de deelnemers werd gevraagd in hoeverre zij dit type jongeren herkende. Of zij in hun werk contact hadden met jongeren van wie zij vermoedens van radicalisering hebben en wat zij dan doen.
Lenos gaf in zijn verhaal ook aan dat Nuansa trainingen voor ‘eerstelijnwerkers’ (docenten, jongerenwerkers, wijkagenten) verzorgt. Deze trainingen zijn kosteloos (gefinancierd door het ministerie van Binnenlandse Zaken) en wordt aangepast aan het publiek, oftewel: de training is maatwerk.
De laatste vijfenveertig minuten was er ruimte voor vragen en praktijkervaringen. Daarmee kwam de repressievere taak van de politie naar voren tegenover die van jongerenwerkers en docenten, die vaak meer naast de jongeren staan. Ook de rol van de gemeente kwam aan de orde. Dat de verschillende partijen elkaar nodig hebben bij de aanpak van polarisatie en radicalisering was iedereen duidelijk.