Handicap, chronische ziekte

Wet gelijke behandeling handicap uitgebreid

Vanaf juni 2016 is de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte uitgebreid met goederen en diensten. De wet gold al voor onderwijsinstellingen, werkgevers, aanbieders van woningen en openbaarvervoersbedrijven. Nu gaat deze ook op voor onder andere horecagelegenheden, musea, winkels, bioscopen, verzekeraars en zorginstellingen.

Zij zijn verplicht om  aanpassingen te doen voor mensen met een beperking en hulphonden toe te laten. Voorbeelden van aanpassingen zijn het plaatsen van een loopplank of het voorlezen van de menukaart. Dit geldt ook voor via internet aangeboden diensten. Mensen met een beperking die zich gediscrimineerd voelen bij de toegang tot goederen en diensten, kunnen zich wenden tot het College voor de Rechten van de Mens of het Bureau Discriminatiezaken.

Verdrag bekrachtigd door Nederland
De dag van de uitbreiding van de wet met goederen en diensten valt samen met de Nederlandse ratificatie van het VN-Verdrag handicap in New York. In juli treedt het verdrag ook daadwerkelijk in werking. Vanaf dat moment houdt het College toezicht op de naleving en implementatie van het verdrag in Nederland. Vanuit deze toezichthoudende rol bekijkt het College:
-of wetten en beleid voldoen aan de normen van het VN-Verdrag;
-welke instanties er betrokken zijn bij de uitvoering van het verdrag en hoe zij die taak uitvoeren;
-de situatie van mensen met een beperking en het verloop van de beweging naar een inclusieve maatschappij.

Over het VN-Verdrag handicap
Een op de acht Nederlanders heeft te maken met een langdurige fysieke, psychische, verstandelijke, intellectuele of zintuigelijke beperking. Een deel daarvan heeft nog altijd een achtergestelde positie, waardoor zij niet volwaardig aan de samenleving kunnen meedoen. Zij worden vanwege hun beperking niet toegelaten op scholen of door werkgevers niet in dienst genomen. Ook ervaren zij obstakels als zij van het openbaar vervoer gebruik willen maken of als zij willen stemmen. Daarnaast ervaren veel mensen met een beperking belemmeringen bij de toegang tot bibliotheken, winkels, bioscopen, sportfaciliteiten en cafes.
Het VN-Verdrag handicap versterkt de positie van mensen met een beperking omdat het bepaalt dat zij gelijke rechten hebben op het gebied van wonen, scholing, vervoer, werk en een aantal andere terreinen. De overheid moet ervoor zorgen dat dit wordt gerealiseerd. In het verdrag staan geen nieuwe rechten. Wel geeft het verdrag een verdere uitwerking van de verplichtingen die de regering al heeft op grond van bestaande mensenrechtenverdragen. In de praktijk bleek namelijk dat deze verdragen niet genoeg handvatten boden om de specifieke belemmeringen van personen met een beperking weg te nemen.