Politieke en publieke opinie

Uitspraak in zaak Wilders

De rechter heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen de heer Wilders. Hij stond terecht vanwege zijn uitspraken op de avond van de gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart 2014.

Het ging er om dat hij tijdens een bijeenkomst een speech hield en daarin aan het aanwezige publiek vroeg of zij meer of minder Marokkanen in Nederland wilden. Toen het publiek reageerde met het scanderen van Minder, minder,  antwoordde Wilders dat hij dat zou gaan regelen.

De rechter acht de heer Wilders schuldig aan groepsbelediging en aan aanzetten tot discriminatie. Hij is vrijgesproken van aanzetten tot haat. De uitspraken op 19 maart hebben bijgedragen aan polarisatie. De Rechtbank heeft ook gezegd dat de norm is bevestigd dat vrijheid van meningsuiting niet betekent dat je mag discrimineren.
Dat Wilders, als politicus, schuldig is bevonden, wordt als voldoende straf beschouwd, dus er wordt geen straf opgelegd.
Daarnaast heeft de Rechtbank zich negatief geuit over het feit dat Wilders zich meermaals via Twitter heeft uitgesproken over de rechterlijke macht. Zeker als politicus moet je de trias politica, de scheiding der machten, erkennen. Een van die machten is de rechtsprekende.

De heer Wilders heeft al gereageerd: hij gaat in hoger beroep.